Vreemd gaan

Terug naar verhalen

‘Over enkele ogenblikken naderen we station Utrecht Centraal. Deze trein gaat door als Intercity naar Den Haag Centraal en zal onderweg alleen nog stoppen in Gouda.’ 

Ik sta op, trek mijn jas aan en pak mijn koffertje uit het bagagerek. Vandaag gaat het eindelijk gebeuren. Of beter gezegd, vannacht. Voor de eerste keer tijdens mijn huwelijk dat al meer dan veertig jaar duurt, ga ik vreemd. De komende nacht breng ik samen met Cynthia, een beginveertiger uit Brabant, door in Hotel Park Plaza in Utrecht. Met toestemming van mijn vrouw Inge. 

Het begon allemaal een half jaar geleden. Ik had het vreselijk druk met van alles. Liep mezelf achterna. Wist van voren niet meer dat ik van achteren leefde. En omgekeerd. 

Op een avond vertelde Inge dat ze zich zorgen om me maakte. Ze vond dat ik tot rust moest komen. ‘Ga er een dag of wat tussenuit. Wat mij betreft met een andere vrouw, als dat helpt. Zoek maar iemand die dat wil. Maakt mij niet uit wat je allemaal met haar uithaalt, als je maar weer terug komt. Herboren terugkomt. ‘

Ik wuifde dat weg. Met een ander? Ik, Mark? Die zo monogaam is als een kauw? Maar toen ik erover ging nadenken, zag ik toch de aantrekkelijke kant ervan. Vreemdgaan met toestemming van je partner. Of sterker nog: op aandringen van. Een gelegaliseerd slippertje. Daarvan droomt toch iedere gezonde man? Door dit spannende vooruitzicht voelde ik me meteen een stuk beter. 

Als het dan toch een keer mag, zelfs moet gebeuren, dan wil ik een jonge blom. Geen twintiger. Dat zijn in mijn ogen nog van die kinderen. Nee, tenminste een dertiger. Het liefst een hoge dertiger. Of desnoods een lage veertiger. Alleen de gedachte al wond mij op. 

Diezelfde avond maakte ik een profiel aan op Facebook.  Uiteraard vertelde ik daarin niets over mijn leeftijd en plaatste voorlopig ook geen foto. Bij favoriete muziekgroepen gaf ik aan: U2. Overigens geheel naar waarheid. Genoeg vrouwen uit mijn doelgroep zouden er ook bewonderaar van zijn, daar was ik van overtuigd. 

Al heel snel kwam ik in contact met andere fans. Veel jonge vrouwen. Ik had ze verdorie voor het uitkiezen. Na lang aarzelen besloot ik mijn (voorlopig figuurlijke) pijlen eerst maar eens te richten op Cynthia, een jonge ongebonden Brabantse, zoals ze zelf schreef. Ze voelde zich nog steeds dertiger, hoewel ze die leeftijd inmiddels was gepasseerd. Precies wat ik zocht. Het ging eigenlijk heel gemakkelijk. Ik reageerde op een berichtje van haar, ze reageerde terug en zo begon het. Na een week hadden we het over van alles, behalve over U2. Na drie weken werden onze virtuele gesprekken zelfs pikant. En dat is dan zwak uitgedrukt. 

Een paar maanden later stelde Cynthia voor elkaar te ontmoeten. 

Terwijl ik de trein uitstap, kijk ik op de stationsklok: 16:10. Het duurt nog een kwartier voordat de trein uit het zuiden aankomt. We hebben afgesproken bij het ontmoetingspunt in de stationshal. Vervolgens gaan we in de stad een terrasje zoeken waar we onder het genot van een wijntje gezellig kunnen bijkletsen. Daarna ergens romantisch tafelen. Cynthia heeft de hotelkamer geboekt.

De afgelopen dagen stonden helemaal in het teken van de ontmoeting. Ik wilde zo voordelig mogelijk voor de dag komen. Naar de kapper geweest, lichaam onthaard, Bjorn Borg boxershorts aangeschaft, alsmede een lekkere aftershave en dito deodorant. 

En verder de hele week geen seks. Ik wilde mijn kruit niet verschieten. Dat laatste uiteraard in goed overleg met Inge. Ze begreep het allemaal zo goed, de schat.

Ongerust kijk ik op mijn horloge: tien over half vijf. De trein uit het zuiden zou aankomen om 16:25. Maar nog geen spoor van Cynthia. Langzaam begint tot me door te dringen dat ik er op een verschrikkelijke manier ben ingestonken. Het leek ook allemaal te mooi om waar te zijn. Ik, zestiger een erotisch rendez vous met een vrouw van begin veertig? Wat heb ik me in mijn hoofd gehaald?

De paar vrouwen die bij het ontmoetingspunt staan te wachten zijn van mijn leeftijd of zelfs ouder. Niet het prototype van U2 bewonderaars. Ze blijken ook nog bij elkaar te horen. 

Teleurgesteld besluit ik de eerste de beste trein terug naar huis te nemen. Inge zal me uitlachen als ze me straks ziet binnenkomen met mijn koffertje. Ik weet nu al waar in december mijn sinterklaasgedicht over zal gaan. 

Terwijl  ik op het bord de vertrektijden van de intercity’s richting Groningen bestudeer, hoor ik het verlossende omroepbericht: ‘Over enkele ogenblikken zal op spoor drie de vertraagde intercity uit Maastricht/Eindhoven binnenkomen. Herhaling…’

Ik kan wel een gat in de lucht springen. Dus toch.

Even later zie ik haar van de roltrap stappen. Ze ziet er precies uit zoals ik me heb voorgesteld. Halflang kastanjebruin haar. Een kort, roodleren jasje. Rits open. Ik vermoed dat die zelfs niet dicht kan. De enorme borsten doen de knoopjes van haar blouse strak staan. Rode laarzen met hoge hakken, een glanzende, zwarte panty. De zwarte minirok had niet korter gekund. Dit mag ik vanavond… 

Vanwege de opkomende zwelling in mijn broek blijf ik op een afstand staan. Ik kan zo toch niet naar haar toelopen? Als de zaak weer enigszins genormaliseerd is, haal ik een paar keer diep adem. Als een verlegen schooljongen loop ik in haar richting. 

Ze kijkt me aan zonder iets te zeggen. Maar die donkere ogen… spreken boekdelen. 

Zachtjes vraag ik: ‘Cynthia?’  Ik ruik haar bedwelmende parfum.

Ze blijkt het spel uitstekend te beheersen: strak blijft ze me aankijken. Nog steeds zonder een woord te zeggen.  

Nogmaals vraag ik, nu iets luider: ‘Cynthia?’ 

De oudere grijze dame die schuin achter haar staat, draait zich naar me toe. Ik schat haar half in de zeventig. Glimlachend zegt ze: ‘Ja, ik ben Cynthia. En jij bent ongetwijfeld Mark.’

Terug naar verhalen