Winkeldief

Terug naar  levensverhaal overig

Naast mijn ouderlijk huis stond een tot winkel verbouwd woonhuis. De familie Rijkeboer dreef daar een kruidenierswinkel. Een Spar winkel. Ik herinner me nog de slogan ‘Kopen bij de Spar is sparen bij de koop’. Dat sloeg op de zegeltjes die je bij de boodschappen kreeg. Toen ook al. 
In de voorgevel van het pand was links een etalage, waarin wat blikjes met conserven stonden opgestapeld met daar tussenin lage manden die tot aan de rand gevuld waren met krenten en rozijnen. 
Rechts was de winkeldeur. Als je die opende dan klonk er een geluid van belletjes. Nadat je de deur had dichtgedaan bleven die belletjes nog een tijdje natingelen. Steeds zachter, totdat het helemaal stil bleef. 
Aan de voorzijde besloeg de winkel de volledige breedte van het pand. In dit gedeelte bevond zich links een toonbank met daarachter de vleeswaren en kaas. Aan de rechterkant stonden de koekjes. In van die grote vierkante blikken. 
Het achterste gedeelte van de winkel was smaller. Aan de linkerkant stond een lange toonbank. Achter de toonbank liep het personeel. Meneer Rijkeboer altijd in een witte jas. De beide winkelmeisjes droegen beige schorten. 
Achter de toonbank stonden tegen de muur bakken waaruit meel, suiker, zout, en havermout kon worden geschept. 
Aan de rechterkant waren schappen met limonade, conserven in blik, jam enzovoort. 
Op de onderste plank stonden de schoonmaakmiddelen. Glorine in de vierkante glazen fles. ‘Glorine bleekt witter’, stond op een reclameplaat die in de winkel hing. Maar ook flessen Presto, een afwasmiddel. In die flessen zaten altijd speeltjes: knikkers of plastic kralen. 
Achterin de winkel waren schappen met rookwaren en drogisterij-artikelen. 
Ik kwam vaak in die winkel. Mijn moeder stuurde me dan om een boodschap. Het was er altijd druk. Ik moest dus meestal wel een tijdje wachten. 
Zo ook op die bewuste dag. Ik liep door tot achterin de winkel. Op een van de schappen lagen wegenkaarten uitgestald van alle provincies. Er stond reclame op van Nivea. Ze waren niet te koop. Je kreeg ze cadeau bij sommige Nivea-producten. Die mijn moeder dus nooit kocht. 
Wat was ik gecharmeerd van de kaart van Drenthe. Die grote grijze vlek links onderaan was Meppel. D
e blauwe lijntjes die daar als adertjes doorheen liepen waren de kanalen. Ik kon zien waar de Oude Vaart en de Wold Aa samen komen. Ik wilde nog veel meer ontdekken op deze kaart. Maar helaas, mijn moeder was heel duidelijk geweest.  

Opeens bedacht ik dat er een manier was om toch aan die kaart te komen. Meteen schrok ik van het idee. Het zweet brak me uit. Ik had het gevoel dat mijn hoofd in vuur en vlam stond. Mijn hart bonkte in de keel. 
‘Kasper, jij bent aan de beurt.’ 
Stotterend gaf ik mijn bestelling op. Ik had het gevoel dat iedereen naar me keek. De kaart van Drenthe brandde onder mijn trui. Toen ik met mijn potje appelmoes en pond suiker de winkel verliet had ik de kaart die ik zo graag wilde hebben. Maar was ik er echt wel zo blij mee? 

Terug naar  levensverhaal overig