Winkelen

Terug naar verhalen

‘Brengen we de buit eerst naar huis, of winkelen we nog verder?’ vraagt Anita zuchtend.

’Ik wil naar huis,’ zeurt dochter Kimberley. ‘Kunnen we de rest morgen niet doen, het is zó warm.’

Vader Peter zet de zware doos even op de grond, haalt een zakdoek uit zijn broekzak en wist zich het zweet van het voorhoofd. ‘Nee, we moeten vandaag zoveel mogelijk inslaan. Als we de kostuums morgenochtend vóór tien uur inleveren, hoeven we maar voor één dag te betalen. Maar het is inderdaad geen gek idee om dit alvast naar huis te brengen. Gaan we daarna opnieuw op pad.’

‘Je snor laat los,’ zegt Anita.

Peter probeert hem vast te drukken, wat niet echt lukt. ‘Dat komt door het zweet. Snel, ginds komt lijn 5. Die snor plak ik thuis wel vast.’

Zeulend met de zware dozen, haast het drietal zich naar de tramhalte.

Vanochtend zijn ze begonnen ze bij een kledingverhuurbedrijf aan de Lijnbaansgracht. Tijdens de voorgaande dagen hadden ze regelmatig gegoogeld op Dubai en daarbij een groot aantal foto’s bekeken. Zodat ze nu precies wisten hoe ze eruit moesten zien.

Voor Peter kozen ze een witte thoub, een roodwit geblokte ghutra met bijbehorende zwarte igal en een pikzwarte plaksnor. Toen hij de paskamer uitkwam, was hij niet langer Peter, de goedgebekte volksjongen uit Nieuw West, maar Abdullah, oliesjeik uit Dubai. Anita had inmiddels een zwarte abaya met hoofdkap aangetrokken en was nu helemaal Faizah, de wettige echtgenote van Abdullah. Kimberley zou de rest van de dag, in een wit zomerjurkje, als Nadia, enige dochter van Abdullah en Faizah, door het leven gaan.

Dankzij de jaren, die Peter op een booreiland werkte, spreekt hij vloeiend Engels, hetgeen vandaag uitstekend van pas zou komen.

Vanaf het kledingverhuurbedrijf hebben ze zich per taxi naar de Bijenkorf laten rijden. En wat ging het gemakkelijk allemaal. Er werd zelfs speciaal iemand met een karretje meegestuurd om de daar aangeschafte laptop en geluidsapparatuur naar de taxi te brengen.

Vervolgens hebben ze zich in de P.C. Hooftstraat met de taxi van winkel naar winkel laten brengen. Ze begonnen bij Schaap & Citroen. Daar drie gouden horloges, een armband en een hele mooie halsketting gescoord. Vervolgens bij ICI Paris XL hele dure make-up aangeschaft. En bij Meijer voor alle drie een paar exclusieve schoenen.

En overal ‘betaald’ met een nagemaakte brief van American Express, gericht aan Mr. Abdullah Zayed, Umm Amara Road, Dubai. De brief ging over de diefstal van op zijn naam staande Credit Cards. Alleen de taxi hebben ze contant betaald. Een flink bedrag, dat wel, maar de investering meer dan waard.

Nadat de deuren van lijn 5 zijn opengegaan, beginnen Peter en Anita de dozen in de tram te laden. Opeens voelt Peter een hand op zijn schouder. Als hij opkijkt ziet hij vier politieagenten om hem heen staan.

‘Ik denk dat we die dozen beter even bij ons in de bus kunnen zetten,’ zegt degene die de hand op zijn schouder heeft gelegd. Op dat moment ziet Peter het politiebusje, dat achter de tram half op de stoep van de halte staat.

‘I only speak English,’ probeert Peter nog.

‘Waar wilde u heen met die spullen?’ informeert de agent, nu in het Engels.

Peter doet zijn mond open en weer dicht, hij kijkt naar Anita.

‘Hilton Hotel,’ zegt zij met enige aarzeling.

‘Zet de spullen dan maar in onze bus, wij brengen u wel even. Deze tram zit na de volgende halte vol met Ajax-supporters, u wordt bestolen waar u bijstaat.’

Terug naar verhalen