allium cepa in ’t latijn
siepel in het noorden
meer zuidwaarts
groeit hij als ajuin
de ui, bescheiden
twee klinkers slechts
voor deze veelzijdige
krachtpatser
ontstekingremmer
bacteriedoder
geen beter medicijn
bij verkoudheid,
hoofd-, buik- en keelpijn
gele, rode en sjalotje
als smaakmaker
in ringen gesneden
of fijn gehakt
tot tranen toe geroerd
door goddelijke
gerechten
maar opgelet
uienconsumptie
jaarlijks zes kilo elk
geeft aanleiding
tot flatulentie
gasum allium cepa