Tijdens onze wandeling vanmiddag zag ik in de buurt van Havelte aan een bospad een hulststruik. Met rode besjes.
Toen kwam een herinnering naar boven: De tweede en derde klas van de Mulo. Vijftien/zestien jaar was ik. En hevig verliefd op Willy, die schuin voor me zat.
Ik zie haar nog zo voor me: een wat dromerig meisje met lang donkerblond haar. Ze leek wel wat op Françoise Hardy.
Meestal droeg ze een ruim zittende grijze trui. Waarin overigens haar pronte borstjes wel duidelijk zichtbaar waren. Het was een eenzijdige verliefdheid, ik ben er nooit voor uit durven komen.
Willy woonde in Havelte. En nu komt het: elk jaar op de zaterdag voor kerst gingen mijn jongere broertje en ik met mijn vader op ‘hulstjacht’. Voor de kerststukjes die moeder maakte.
Meestal reden we dan naar Havelte, daar stond langs de bospaden hulst in overvloed. Mét rode besjes. Zo ook in die bewuste jaren.
Tijdens die tochtjes wist ik me geen raad met mijn verliefdheid: zodra ik het plaatsnaambord ‘Havelte’ zag, dacht ik aan Willy en kreeg ik spontaan een kop als een boei.
Waarop mijn vader vroeg wat er met mij aan de hand was. En mijn hoofd nog roder werd.
Dit alles bedacht ik vanmiddag bij die hulststruik. En ik hoefde niet eens te blozen.