Gisteren, tijdens onze fietstocht zagen we overal heel veel molshopen. En toen zaten we al fietsend een beetje heel erg melig te doen, waardoor onderstaand literair-poëtisch ‘hoogstandje’ is ontstaan:
Op hoop van zegen
Tussen een hoop molshopen
Deed ik een hoop
In de hoop niet gezien te worden
IJdele hoop, naar toen bleek.